46. benadrukt dat de vaststelling van een gunstig en flexibel rechtskader in de interne markt voor het stimuleren van ondernemerschap en met name het ondersteunen van het midden- en kleinbedrijf, dat de „ruggengraat” van de EU-economie vormt, in geen geval ten koste mag gaan van de Europese minimumarbeidsnormen en de fundamentele arbeidsrechten;
46. souligne que l'introduction de dispositions-cadres du marché unique, appropriées et flexibles, visant à promouvoir l'esprit d'entreprise et à renforcer les petites et moyennes entreprises qui constituent l'épine dorsale de l'économie de l'Union, ne doit en aucun cas avoir lieu aux dépens des normes minimales du travail de l'Union européenne ni des droits sociaux fondamentaux;