131 Tot slot moet met betrekking tot d
e vermelding van de beroepstermijnen en –mogelijkheden in het bestreden besluit wo
rden opgemerkt, dat geen enkele uitdrukkelijke bepaling van gemeenschapsrecht de instellingen een algemene verplichting oplegt om de adressaten van handelingen te
informeren over de rechtsmiddelen die hun ten dienste staan, en over de termijnen waarbinnen daarvan gebruik kan worden gemaakt (beschikking van het Hof
...[+++] van 5 maart 1999, Guérin automobiles/Commissie, C‑153/98 P, Jurispr. blz. 1441, punten 13 en 15; arrest van het Gerecht van 24 februari 2000, ADT Projekt/Commissie, T‑145/98, Jurispr. blz. II‑387, punt 210).
131 Enfin, concernant la mention des délais et voies de recours dans la décision attaquée, il y a lieu de relever qu’aucune disposition expresse du droit communautaire n’impose aux institutions une obligation générale d’informer les destinataires des actes des recours juridictionnels ouverts ni des délais dans lesquels ils peuvent être exercés (ordonnance de la Cour du 5 mars 1999, Guérin automobiles/Commission, C‑153/98 P, Rec. p. 1441, points 13 et 15 ; arrêt du Tribunal du 24 février 2000, ADT Projekt/Commission, T‑145/98, Rec. p. II‑387, point 210).