22. benadrukt dat de strijd tegen het terrorisme moet worden gevoerd met volledige inachtneming van de internationale wetgeving op het gebied van de mensenrechten en de Europese wetgeving, beginselen en waarden op het gebied van de grondrechten, met inbegrip van het beginsel van de rechtsstaat; betoogt andermaal dat recht moet worden gedaan aan de beginselen van het Verdrag van Aarhus betreffende toegang tot informatie, inspraak bij besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden;
22. souligne que la lutte contre le terrorisme doit être conduite dans le plein respect du droit international relatif aux droits de l'homme ainsi que de la législation, des principes et des valeurs européens relatifs aux droits fondamentaux, y compris le principe de l'État de droit; rappelle qu'il convient de respecter les principes de la convention d'Aarhus sur l'accès à l'information, la participation du public au processus décisionnel et l'accès à la justice en matière d'environnement;