Het volstaat dat de verzetdoende partij « gewag maakt » van overmacht of van een wettige reden van verschoning, en dus dat zij het bestaan van die reden voldoende aannemelijk maakt, zonder dat zij daarvan het bewijs dient te leveren.
Il suffit que l'opposant « fasse état » d'un cas de force majeure ou d'une excuse légitime et donc qu'il démontre à suffisance l'existence de ce motif, sans qu'il soit tenu d'en apporter la preuve.