Daaruit moet blijken dat de gebruikte tests geschikt zijn voor de herkenning van een hele reeks zwak positieve en sterk positieve referentiesera en dat aan de hand daarvan antilichamen kunnen worden aangetoond in de vroege fase en in de herstelperiode.
Il doit être prouvé que les tests utilisés permettent de reconnaître une gamme de sérums de référence faiblement et fortement positifs, et de détecter des anticorps en phase aiguë et en phase de convalescence.