De verzoekende partij verwijt artikel 8, tweede lid, van de bestreden wet een discriminatie in het leven te roepen tussen de rechthebbenden op maatschappelijke integratie, voor wie dat recht concreet de vorm van een tewerkstelling aanneemt in het kader van de artikelen 60, § 7, en 61 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, en diegenen voor wie het recht concreet de vorm aanneemt van een tewerkstelling buiten dat kader.
La requérante reproche à l'article 8, alinéa 2, de la loi attaquée d'établir une discrimination entre les bénéficiaires du droit à l'intégration sociale, pour qui ce droit est concrétisé sous la forme d'un emploi dans le cadre des articles 60, § 7, et 61 de la loi du 8 juillet 1976 organique des centres publics d'aide sociale, et ceux pour qui le droit est concrétisé sous la forme d'un emploi hors de ce cadre.