Zij betreffen bijgevolg een belastingplichtige die een feitelijk huishouden vormt en die geen verklaring van samenwoning kon hebben afgelegd waarin de wet van 23 november 1998 voorziet, waarbij de artikelen 1475 en volgende met betrekking tot de wettelijke samenwoning in het Burgerlijk Wetboek zijn ingevoegd.
Ils concernent donc un contribuable formant un ménage de fait qui n'aurait pu faire la déclaration de cohabitation prévue par la loi du 23 novembre 1998 qui a introduit dans le Code civil les articles 1475 et suivants relatifs à la cohabitation légale.