2
. Schendt de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet, gelezen in samenhang met de artikelen 23, 33, 36, 74 en volgende, 105 en 108 ervan, in zoverre zij in artikel 10 ervan de Koning niet omschreven bevoegdheden toekent met het oog het beheersen van de uitgaven voor gezondheidszorg, een aangelegenheid die met name bij artikel 23 van de Grondwet aan de wetgever is voorbehou
den, en ontzegt zij bijgevolg de burger niet op d ...[+++]iscriminerende wijze de bescherming door de wetgever ?
2. La loi du 26 juillet 1996 portant modernisation de la sécurité sociale et assurant la viabilité des régimes légaux des pensions ne viole-t-elle pas les articles 10 et 11 de la Constitution combinés avec ses articles 23, 33, 36, 74 et suivants, 105 et 108, dans la mesure où par son article 10, elle confère au Roi des pouvoirs non définis en vue de maîtriser les dépenses de santé, matière réservée au législateur notamment par l'article 23 de la Constitution et ne prive-t-elle donc pas le citoyen de la protection du législateur de manière discriminatoire ?