Bij de toenmalige omvorming van de Senaat tot reflectiekamer met beperkte bevoegdheden werd er vanuit gegaan dat de Senaat niet systematisch elk wetsontwerp in tweede lezing zou onderzoeken, maar zou inzien dat hij zijn positie vooral zou kunnen versterken door selectief te werk te gaan door zijn aandacht toe te spitsen op belangrijke ontwerpen.
À l'époque, la transformation du Sénat en une chambre de réflexion aux compétences limitées partait du principe que le Sénat n'examinerait pas systématiquement chaque projet de loi en deuxième lecture, mais qu'il verrait là surtout une occasion de renforcer sa position en travaillant de manière sélective, c'est-à-dire en focalisant son attention sur des projets importants.