Ten aanzien van de samenwerking met het Internationaal Straftribunaal voor het voormalige Joegoslavië in Den Haag heeft de heer Kacin de Commissie buitenlandse zaken gisteravond verteld dat Servië echt alles doet wat het kan om de laatste twee in staat van beschuldiging gestelde personen te traceren en over te brengen naar Den Haag. Serge Brammertz, de hoofdaanklager, heeft in zijn toespraak tot de VN-Veiligheidsraad in september echter gezegd dat Servië de kloof moet overbruggen tussen de gedrevenheid waarmee zij zegt zich in te zetten voor de arrestaties, en de feitelijke effectiviteit van zijn activiteiten in het veld.
Concernant la coopération avec le Tribunal pénal international pour l’ex-Yougoslavie de La Haye, M. Kacin a, la nuit dernière, informé la commission des affaires internationales que la Serbie faisait tout ce qui était en son pouvoir pour localiser et appréhender les deux accusés restants et les transférer à La Haye. Toutefois, en septembre dernier, dans son discours au Conseil de sécurité des Nations unies, le procureur général Serge Brammertz a déclaré que la Serbie devait compenser l’écart entre l’engagement qu’elle affichait à l’égard de ces arrestations et l’efficacité de ses opérations sur le terrain.