Het romp-botslichaam, als beschreven in punt 3.2.1, moet met een snelheid van 24,1 km/h tegen het dwarsvlak botsen op de plaats waartegen de Eurosid-schouder, -arm en -thorax bij de keuring van het voertuig botsten.
L'élément de frappe représentant un torse défini au point 3.2.1 doit heurter à 24,1 km/h la zone latérale heurtée par l'épaule, le bras et le thorax Eurosid lors de l'homologation du véhicule.