10. Inspecteurs hebben de nodige discretionaire bevoegdheid om advies te geven in plaats van een procedure in te stellen of aan te bevelen wanneer er geen sprake is van duidelijke inbreuk op de bepalingen van Richtlijn 2009/13/EG waardoor de veiligheid, de gezondheid of de bescherming van de betrokken zeevarenden in gevaar komt en wanneer er geen precedenten van soortgelijke schendingen bestaan.
10. Les inspecteurs ont la faculté de donner des conseils au lieu d’intenter ou de recommander des poursuites lorsqu'il n'y a pas une infraction manifeste aux prescriptions de la directive 2009/13/CE qui met en danger la sécurité, la santé ou la sûreté des gens de mer concernés et lorsqu’il n’existe pas d’antécédents d’infractions analogues.