21. dringt erop aan dat de lidstaten verder gaan dan de aanbeveling van de Raad van maart 2014 over een kwaliteitskader voor stages en stagiairs duidelijk omschreven rechten bieden, waaronder toegang tot sociale bescherming, schriftelijke en bindende contracten en een billijke bezoldiging, zodat de garantie bestaat dat jongeren niet worden gediscrimineerd bij hun betreding van de arbeidsmarkt;
21. prie instamment les États membres d'aller au‑delà de la recommandation du Conseil de mars 2014 relative à un cadre de qualité pour les stages en conférant aux stagiaires des droits clairement définis, parmi lesquels l'accès à la protection sociale, des contrats écrits et contraignants et une rémunération juste, de manière à garantir que les jeunes ne fassent pas l'objet de discriminations en matière d'accès au monde du travail;