Indien een ambtsdrager van de Raad van State tot eerste voorzitter of voorzitter wordt aangewezen, en betrokkene heeft bij de beëindiging van het mandaat met toepassing van artikel 39/24, § 3, vierde lid, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, gevraagd om in de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen te worden benoemd, dan houdt dit een benoeming, in voorkomend geval in overtal, in het ambt van rechter in vreemdelingenzaken in.
Si un titulaire de fonction du Conseil d'Etat est désigné comme premier président ou président et que l'intéressé a demandé, à la fin du mandat, d'être nommé, en application de l'article 39/24, § 3, alinéa 4 de la loi du 15 décembre 1980 sur l'accès au territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des étrangers, au Conseil du Contentieux des étrangers, cela implique une nomination, le cas échéant en surnombre, à la fonction de juge au contentieux des étrangers.