In haar advies had de afdeling wetgeving van de Raad van State de aandacht van de wetgever gevestigd op het feit dat de gekozen formulering de onderzoeksgerechten, uitspraak doende in het stadium van de regeling van de rechtspleging, niet zou toelaten een inverdenkinggestelde, tot dan in voorlopige hechtenis in een strafinrichting, de modaliteit voor de uitvoering van de voorlopige hechtenis onder elektronisch toezicht te laten genieten :
Dans son avis, la section de législation du Conseil d'Etat avait attiré l'attention du législateur sur le fait que la formulation retenue ne permettait pas aux juridictions d'instruction, statuant en règlement de la procédure, de faire bénéficier un inculpé, jusque-là détenu préventivement en prison, de la modalité d'exécution de la détention préventive sous surveillance électronique :