4. Het Comité I moet zich voortaan binnen een termijn van een maand, en niet meer binnen 90 dagen, volgend op de dag waarop het werd gevat, uitspreken over de wettigheid van het gebruik van een specifieke of uitzonderlijke methode.
4. Le comité R doit dorénavant se prononcer dans le mois de sa saisine, et non plus dans les 90 jours, sur la légalité des décisions relatives aux méthodes spécifiques et exceptionnelles.