Bij een aanzienlijke verandering in exploitatie van een grote stookinstallatie die volgens de vergunningverlenende overheid negatieve en significante effecten kan hebben op mens of milieu, zijn de emissiegrenswaarden, vermeld in artikel 5.43.2.1.1, § 1, 1°, c) of d), 2°, c) of d) en 3°, c) of d), van toepassing.
Dans le cas d'un changement considérable dans l'exploitation d'une grande installation de chauffe qui, selon l'autorité délivrant l'autorisation, peut avoir des effets négatifs et significatifs sur l'homme ou l'environnement, les valeurs limites d'émission mentionnées à l'article 5.43.2.1.1, § 1, 1°, c) ou d), 2°, c) ou d) et 3°, c) ou d), s'appliquent.