Op 6 oktober 2004 antwoordde de Turkse eerste minister Erdogan in Straatsburg op vragen van leden van de Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa dat de rapporten waarin de folteringen in Turkije worden gehekeld, het werk zijn van mensen die relaties hebben met terroristische organisaties.
Le 6 octobre 2004, à Strasbourg, en réponse aux questions des membres de l'Assemblée parlementaire du Conseil de l'Europe, le Premier ministre turc, M. Erdogan, affirmait que les rapports qui dénoncent la torture en Turquie étaient l'oeuvre de personnes en relation avec les organisations terroristes.