2. wijst erop dat de recente arresten van het Europese Hof van Justitie (C-317/04 en C‑318/04) onderstrepen dat kwesties die verband houden met verwerkingen die betrekking hebben op de openbare veiligheid, defensie, de veiligheid van de Staat en de activiteiten van de Staat op strafrechtelijk gebied, inzonderheid artikel 3, lid 2 van Richtlijn 95/46/EG, niet onder de bevoegdheid vallen van de Gemeenschap;
2. rappelle que les récents arrêts de la CJCE (C-317/04 et C-318/04) montrent que les questions qui touchent aux opérations de traitement ayant pour objet la sécurité publique, la défense, la sûreté de l’État ou les activités de l’État dans le domaine pénal, visées notamment à l'article 3, paragraphe 2, de la directive 95/46/CE, ne relèvent pas de la compétence de la Communauté;