Het verzoekschrift wordt gedagtekend en bevat : 1° de naam, de hoedanigheid, de woonplaats of de zetel van de partij en de gekozen woonplaats; 2° de opgave van het arrest waarvan de herziening wordt gevorderd; 3° een omschrijving van het belang van de verzoeker; 4° de vermelding van de teruggevonden doorslaggevende stukken die door toedoen van de tegenpartij waren achtergehouden of van de als vals erkende of vals verklaarde stukken; 5° een inventaris van de stukken.
La requête est datée et comprend : 1° les nom, qualité, domicile ou le siège des parties et le domicile élu; 2° la mention de l'arrêt dont la révision est requise; 3° une description de l'intérêt du requérant; 4° l'indication des pièces décisives retrouvées, qui avaient été retenues par la partie adverse, ou des pièces reconnues ou déclarées comme fausses; 5° un inventaire des pièces.