In het zuidoosten en het noordoosten wordt het gebied geografisch afgebakend door de glooiingen van het Neckardal, in het noorden door de steile hellingen van de Stuttgarter Kessel en het Nesenbachdal en in het westen en zuidwesten door de bergen van het Schönbuchwald.
L’aire géographique est délimitée au sud-est et au nord-est par la vallée du Neckar, au nord par les pentes escarpées menant au vallon encaissé où se situe Stuttgart, autrement dit, la vallée du Nesenbach, et à l’ouest et au sud-ouest par les hauteurs de la forêt de Schönbuch.