De Ministerraad betwist het belang van de verzoekers (zaken nrs. 2227, 2336, 2342 en 2347) door te doen gelden dat wat de kiezers betreft, er te Brussel geen subnationaliteit bestaat : aangezien de kiezer niet voorafgaandelijk een verklaring van taalaanhorigheid heeft afgelegd, kiest hij in het stemhokje tot welk kiescollege hij behoort.
Le Conseil des ministres conteste l'intérêt des requérants (affaires n 2227, 2336, 2342 et 2347) en faisant valoir qu'en ce qui concerne les électeurs, il n'existe aucune sous-nationalité à Bruxelles : à défaut de déclaration préalable d'appartenance linguistique, l'électeur choisit dans l'isoloir le collège électoral auquel il appartient.