2. Artikel 171, 6°, tweede streepje, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, zoals het van toepassing was op de aanslagjaren 2010 en 2011, schendt de artikelen 10, 11 en 172, eerste lid, van de Grondwet niet in zoverre het geen verschil in behandeling instelt tussen de advocaat die een vergoeding ontvangt wegens prestaties van juridische tweedelijnsbijstand die gedurende een periode van meer dan twaalf maanden zijn verricht terwijl hij ingeschreven was op de lijst van de stagiairs van de Orde van advocaten, en de advocaat die zulk een vergoeding ontvangt voor prestaties die zijn verricht na zijn inschrijving op het tableau van de Orde van advocaten.
2. L'article 171, 6°, deuxième tiret, du Code des impôts sur les revenus 1992, tel qu'il était applicable aux exercices d'imposition 2010 et 2011, ne viole pas les articles 10, 11 et 172, alinéa 1, de la Constitution en ce qu'il ne fait pas de différence de
traitement entre l'avocat qui perçoit une indemnité en raison de prestations d'aide juridique de deuxième ligne accomplies durant une période supérieure à douze mois lorsqu'il était inscrit à la liste
des stagiaires de l'Ordre des avocats, et l'avocat qui perçoit une telle indemnit
...[+++]é pour des prestations accomplies après son inscription au tableau de l'Ordre des avocats.