Tussen personen die een hoger beroep instellen bij wege van verzoekschrift en personen die ee
n verzoekschrift op tegenspraak indienen, bestaat er een objectief onderscheid dat redelijkerwijze verantwoordt waarom de ondertekening van het verzoekschrift in het eerste geval niet wordt vereist, terwijl in het tweede geval de handtekening van de verzoekende partij of haar advocaat op straffe van nietigheid is voorgeschreven : met het verzoekschrift op tegenspraak als bedoeld in artikel 1034ter van het Gerechtelijk Wetboek wordt een hoofdvordering in eerste aanleg ingeleid, terwijl
...[+++] in hoger beroep het geschil wordt hervat op initiatief van een persoon die reeds partij was in de zaak voor de rechter a quo.
Entre les personnes qui interjettent appel par voie de requête et celles qui introduisent une requête contradictoire, il existe une différence objective qui justifie raisonnablement que la signature de la requête ne soit pas exigée dans le premier cas alors que la signature de la partie requérante ou de son avocat est exigée à peine de nullité dans le second : la requête contradictoire visée à l'article 1034ter du Code judiciaire introduit une demande principale en première instance, alors qu'en degré d'appel l'affaire est reprise à l'initiative d'une personne qui était déjà partie à la cause mue devant la juridiction a quo.