Tot slot meen ik dat het oorspronkelijke voorstel geen enkele maatregel bevat die zich bezighoudt met de specifieke situatie van de perifere landen, waar het concurrentievermogen van de vervoersbedrijven op korte en middellange termijn meer klappen krijgt te verduren dan in de lidstaten van het centrum van Europa.
Enfin, j’ai noté que la proposition initiale ne comprenait aucune mesure qui tienne compte de la situation particulière des entreprises de transport des pays périphériques dont la compétitivité sera, à court ou à moyen terme, plus affectée que celle de leurs homologues des États membres du centre de l’Europe.