« Schendt artikel 153, 2°, van het Sociaal Strafwetboek, in samenhang gelezen met de artikelen 35 en 36 van de wet van 16 maart 1971, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre de handelaar die een videozaak uitbaat, strafrechtelijk kan worden vervolgd terwijl de handelaar die een bioscoop uitbaat en dezelfde versnaperingen en dranken verkoopt en het bedrijf voor teledistributie dat video's verhuurt, bij artikel 36, eerste lid, 14°, van de wet van 16 maart 1971 zijn vrijgesteld van het verbod van nachtarbeid ?
« L'article 153, 2°, du Code pénal social combiné avec les articles 35 et 36 de la loi du 16 mars 1971 violent-ils les articles 10 et 11 de la Constitution en ce que le commerçant qui exploite un vidéoclub peut faire l'objet de poursuites pénales alors que le commerçant qui exploite un cinéma et vend les mêmes friandises et boissons et l'entreprise de télédistribution qui met des vidéos à la location sont exemptés de l'interdiction de travail de nuit par l'article 36, alinéa 1°, 14° de la loi du 16 mars 1971 ?