Bij de grondwetsherziening van 15 juli 1988 werd heel de aangelegenheid van het onderwijs, met uitzondering van de drie aangelegenheden die thans zijn vermeld in artikel 127, § 1, eerste lid, 2°, van de Grondwet, aan de gemeenschappen toegewezen.
Lors de la révision de la Constitution du 15 juillet 1988, l'ensemble de la matière de l'enseignement, à l'exception des trois matières actuellement citées à l'article 127, § 1 , alinéa 1 , 2°, de la Constitution, fut attribué aux communautés.