2. schepen van het type veerboot die zijn vlag voeren of onder zijn volledige rechtsmacht geregistreerd zijn en waarbij als gevolg van de exploitatievoorwaarden de aard van de vervoerde gevaarlijke stoffen niet altijd tijdig van tevoren bekend kan zijn, in de medische uitrusting steeds ten minste alle in bijlage II, afdeling III, genoemde antidota aan boord hebben.
2) tout navire de type transbordeur, battant son pavillon ou enregistré sous sa pleine juridiction, dont les conditions d'exploitation ne permettent pas toujours de connaître avec un délai ou préavis suffisant la nature des matières dangereuses transportées, dispose à son bord, dans la dotation médicale au moins des antidotes prévus à l'annexe II section III.