Voor het overige stelt het Hof vast dat de leden van de voormalige gerechtelijke politie en gemeentepolitie een tijdsbonificatie genieten voor de studiejaren die werden doorgebracht met het oog op het behalen van een diploma dat een voorwaarde vormde waaraan de betrokkene krachtens de artikelen 32 en volgende van de wet van 9 juli 1969 tot wijziging en aanvulling van de wetgeving betreffende de rust- en overlevingspensioenen van het personeel van de openbare sector moest voldoen, ofwel bij zijn aanwerving, ofwel bij zijn latere benoeming.
Pour le surplus, la Cour constate que les membres des ex-polices judiciaire et communale bénéficient d'une bonification de temps, pour les années d'études passées pour l'obtention d'un diplôme qui a constitué une condition à laquelle l'intéressé a dû satisfaire, soit à l'occasion de son recrutement, soit à l'occasion de sa nomination ultérieure et ce, en vertu des articles 32 et suivants de la loi du 9 juillet 1969 modifiant et complétant la législation relative aux pensions de retraite et de survie des agents du secteur public.