14. stelt vast dat de lidstaten binnen het door Richtlijn 2009/28/EG inzake h
ernieuwbare energie geboden kader, op dit moment ieder voor zich bezig zijn met bevordering van hernieuwbare energie, onder zeer uiteenlopende nationale bestuurlijke verhoudingen, hetgeen een ongelijkmatige ontwikkeling nog meer in de hand werkt, terwijl het potentieel voor ontwikkeling van hernieuw
bare energiebronnen toch al varieert wegens al dan niet technische en natuurlijke omstandigheden, en gezien de uiteenlopende regionale concurrentievoordelen; bena
...[+++]drukt dat een echt werkende interne markt ertoe kan bijdragen dat variërende mogelijkheden op gebied van hernieuwbare energie en een ongelijke verdeling van natuurlijke hulpbronnen globaal worden gecompenseerd; gelooft dat de meeste gebieden wel een bijdrage aan de invoering van hernieuwbare energie kunnen leveren; merkt echter op dat investeringen in hernieuwbare energiebronnen daar moeten worden aangemoedigd waar de mogelijkheden ervoor het grootst zijn, met het oog op een doeltreffende aanwending van openbare middelen; 14. constate qu'à l'heure actuelle, la promotion des énergies renouvelables est réalisée de manière autonome par les États membres, à l'intérieur du cadre tracé par la directive 2009/28/CE sur les énergies renouvelables mais dans des conditions administratives extrêmement variables, ce qui creuse les inégalités dans le développement de ces énergies, alors que leur potent
iel de développement varie déjà du fait des conditions naturelles et de facteurs techniques et non techniques déterminés par l'hétérogénéité de leurs avantages compétitifs régionaux; estime que le bon fonctionnement du marché intérieur peut contribuer à lisser ces différ
...[+++]ences et à compenser la répartition inégale des ressources naturelles; est convaincu que la plupart des secteurs peuvent contribuer au déploiement des sources d'énergie renouvelables; est conscient de la nécessité de prévoir des mesures d'incitation en faveur des investissements dans ces sources d'énergie là où elles présentent le plus grand potentiel, afin de garantir l'utilisation efficace des fonds publics;