126. merkt op dat de Rekenkamer haar controle heeft gericht op drie belangrijke soorten financiële instrumenten: kapitaalinstrumenten, lening- en garantie-instrumenten; merkt op dat ze alle drie in aanmerking komen voor cofinanciering uit het EFRO, maar dat ze moeten voldoen aan EU- en nationale subsidiabiliteitsregels; herhaalt dat de belangrijkste doelstelling van de controle was om te beoordelen of de EFRO-uitgaven aan maatregelen voor financiële instrumentering ten behoeve van kmo's, doeltreffend en efficiënt zijn geweest;
126. constate que cet audit concerne trois grands types d'instruments financiers: les instruments de capitaux propres, les instruments de prêt et les instruments de garantie; constate que ces trois instruments peuvent bénéficier d'un cofinancement du FEDER, mais doivent respecter les règles de l'Union et des États membres en la matière; rappelle que l'audit avait pour objectif principal d'évaluer si les dépenses du FEDER relatives aux mesures d'ingénierie financière en faveur des PME ont été efficaces et efficientes;