Traduction de «tot het dienstjaar 2014 zullen » (Néerlandais → Français) :

De gegevens met betrekking tot het dienstjaar 2014 zullen derhalve slechts in april 2015 beschikbaar zijn.
Les données de l'exercice 2014 ne seront dès lors disponibles qu'en avril 2015.

Uiterlijk eind 2014 zullen de informatiesystemen zo zijn aangepast dat die kennisgevingen ermee kunnen worden behandeld.
Les adaptations du système d'information nécessaires pour traiter ces communications seront réalisées d'ici à la fin de 2014.

Verwacht wordt dat de huizenprijzen in 2014 zullen stijgen met 3 %, in 2015 met 3 %, in 2016 met 2,5 % en in 2017 met 2,5 %.
Les prix de l'immobilier devraient augmenter de 3 % en 2014, de 3 % en 2015, de 2,5 % en 2016 et de 2,5 % en 2017.

De feitelijke onderbreking van de bijstand van Rusland in het kader van zijn pakket van 15 miljard USD en het aangekondigde einde van de lagere gasprijzen van het bedrijf Gazprom vanaf april 2014 zullen de situatie verder doen verslechteren.
L'interruption de facto de l'aide que devait apporter la Russie au moyen d'une enveloppe de 15 milliards d'USD et la fin annoncée de la remise sur les tarifs du gaz accordée précédemment par la société Gazprom à partir d'avril 2014 entraîneront une nouvelle détérioration de la situation.

Met ingang van 1 februari 2014 zullen de banken en andere betalingsdienstaanbieders vanwege hun wettelijke verplichtingen overmakingen of automatische afschrijvingen die niet SEPA-conform zijn, vanwege hun wettelijke verplichtingen moeten weigeren te verwerken, hoewel, zoals nu reeds het geval is, zij die betalingen technisch zouden kunnen verwerken door gebruik blijven te maken van bestaande oude betalingsstelsel naast SCT en SDD.
À compter du 1er février 2014, les banques et les autres prestataires de services de paiement devront, en vertu de leurs obligations légales, refuser de traiter les virements ou prélèvements non conformes au SEPA, alors même que d’un point de vue technique, comme c’est déjà le cas actuellement, ils seraient en mesure de traiter ces paiements en continuant d’utiliser, parallèlement aux virements SEPA et prélèvements SEPA, les anciens systèmes de paiement.

1. - De begrotingsrekening Afdeling 1. - De gewone dienst Artikel 1. De vastleggingen van de gewone uitgaven uitgevoerd ten laste van de begrotingskredieten over het dienstjaar 2014 belopen 160.099.805,47 EUR, onderverdeeld als volgt : Art. 2. De vastgestelde rechten voor de gewone dienst over het dienstjaar 2014 belopen 167.416.149,98 EUR, onderverdeeld als volgt : Art. 3. § 1. De aangerekende uitgaven van de gewone dienst over het dienstjaar 2014 belopen 152.837.271,80 EUR, onderverdeeld als volgt : §2. De naar het dienstjaar 2015 over te dragen vastleggingen belopen 7.262.533,67 EUR. Afdeling 2. - De buitengewone dienst Art. 4. De vastleggingen van de buitengewone uitgaven uitgevoerd ten laste van de begrotingskredieten over het dienstjaar 2014 belopen 80.312.165,64 EUR, onderverdeeld als volgt : Art. 5. De vastgestelde rechten voor de buitengewone dienst over het dienstjaar 2014 belopen 80.312.165,64 EUR, onderverdeeld als volgt : Art. 6. § 1. De aangerekende uitgaven van de buitengewone dienst over het dienstjaar 2014 belopen 28.141.058,74 EUR, onderverdeeld als volgt : Art. 7. § 2. De naar het dienstjaar 2015 over te dragen vastleggingen belopen 52.171.106,90 EUR.
1 - Le compte du budget Section 1 - Le service ordinaire Article 1. Les engagements des dépenses ordinaires exécutés à charge des crédits budgétaires dans l'année 2014 s'élèvent à 160.099.805,47 EUR, subdivisés comme ce qui suit : Art. 2. Les droits fixés pour le service ordinaire sur l'exercice 2014 s'élèvent à 167.416.149,98 EUR, subdivisés comme ce qui suit : Art. 3. § 1. Les dépenses imputées du service ordinaire de l'exercice 2014 s'élèvent à 152.837.271,80 EUR, établi comme ce qui suit : § 2.Les engagements transférables à l'exercice 2015 s'élèvent à 7.262.533,67 EUR Section 2. - Le service extraordinaire Art. 4. Les engagements des dépenses extraordinaires exécutées à charge des crédits du budget sur l'exercice 2014 s'élèvent à 80.312.165,64 EUR établi comme ce qui suit : Art. 5. Les droits fixés pour le service extraordinaire sur l'exercice 2014 s'élèvent à 80.312.165,64 EUR, établi comme ce qui suit : Art. 6. § 1. Les dépenses imputées du service extraordinaire sur l'exercice 2014 s'élèvent à 28.141.058,74 EUR, subdivisées comme ce qui suit : § 2. Les engagements transférables à l'exercice 2015 s'élèvent à 52.171.106,90 EUR.

3. - Het boekhoudkundig resultaat Art. 10. Het boekhoudkundig resultaat van de gewone dienst voor het dienstjaar 2014 wordt vastgesteld als volgt : Art. 11. Het boekhoudkundig resultaat van de buitengewone dienst voor het dienstjaar 2014 wordt vastgesteld als volgt :
3. - Le résultat comptable Art. 9. Le résultat comptable du service ordinaire de l'année 2014 est établi comme ce qui suit : Art. 10. Le résultat comptable du service extraordinaire de l'année 2014 est établi comme ce qui suit :

2. - Het begrotingsresultaat Art. 8. Het begrotingsresultaat van de gewone dienst voor het dienstjaar 2014 wordt vastgesteld als volgt : Art. 9. Het begrotingsresultaat van de buitengewone dienst voor het dienstjaar 2014 wordt vastgesteld als volgt :
2. - Le résultat du budget Art. 7. Le résultat budgétaire du service extraordinaire de l'année 2014 est établi comme ce qui suit : Art. 8. Le résultat budgétaire du service extraordinaire pour l'exercice 2014, est établi comme ce qui suit :

U vindt deze begunstigden terug in de volgende koninklijke besluiten van de vijf laatste jaar: - koninklijk besluit dat het definitief verdelingsplan van de subsidies van de Nationale Loterij van het dienstjaar 2010 vastlegt: publicatie in het Belgisch Staatsblad op 29 augustus 2011; - koninklijk besluit dat het definitief verdelingsplan van de subsidies van de Nationale Loterij van het dienstjaar 2011 vastlegt: publicatie in het Belgisch Staatsblad op 25 september 2012; - koninklijk besluit dat het definitief verdelingsplan van de subsidies van de Nationale Loterij van het dienstjaar 2012 vastlegt: publicatie in het Belgisch Staatsblad op 31 juli 2013; - koninklijk besluit dat het definitief verdelingsplan van de subsidies van de Nationale Loterij van het dienstjaar 2013 vastlegt: publicatie in het Belgisch Staatsblad op 12 september 2014; - koninklijk besluit dat het voorlopig verdelingsplan van de subsidies van de Nationale Loterij van het dienstjaar 2014 vastlegt: publicatie in het Belgisch Staatsblad op 8 april 2014.
Vous retrouvez les bénéficiaires de ces cinq dernières années dans les arrêtés royaux repris ci-après: - arrêté royal déterminant le plan de répartition définitif des subsides de l'exercice 2010 de la Loterie Nationale, publication au Moniteur belge du 29 août 2011 - arrêté royal déterminant le plan de répartition définitif des subsides de l'exercice 2011 de la Loterie Nationale, publication au Moniteur belge du 25 septembre 2012; - arrêté royal déterminant le plan de répartition définitif des subsides de l'exercice 2012 de la Loterie Nationale, publication au Moniteur belge du 31 juillet 2013; - arrêté royal déterminant le plan de répartition définitif des subsides de l'exercice 2013 de la Loterie Nationale, publication au Moniteur belge du 12 septembre 2014; - arrêté royal déterminant le plan de répartition provisoire des subsides de l'exercice 2014 de la Loterie Nationale, publication au Moniteur belge du 8 avril 2014.

5. Met ingang van 1 november 2014 zullen de nationale autoriteiten, om redenen verband houdend met de bepalingen van de artikelen 5 tot en met 8, artikel 9, leden 1 tot en met 4, artikel 11, artikel 12, lid 1, en de delen A en B van bijlage II met betrekking tot de voertuigveiligheid en banden, met uitzondering van de rolweerstandsgrenswaarden voor C3-banden en de rolweerstandsgrenswaarden in tabel 2 van deel B van bijlage II:
5. Avec effet au 1er novembre 2014, les autorités nationales, pour des motifs liés aux domaines de la sécurité des véhicules et des pneumatiques couverts par les articles 5, 6, 7, 8, l’article 9, paragraphes 1 à 4, l’article 11, l’article 12, paragraphe 1, et les parties A et B de l’annexe II, à l’exception des valeurs limites de résistance au roulement pour les pneumatiques C3 et des valeurs limites de résistance au roulement définies dans le tableau 2 de la partie B de l’annexe II: