In tegenstelling tot de rechtspraak die op de aanneming van artikel 14 is gevolgd en die ertoe strekt de draagwijdte van de in dat artikel bedoelde nietigheid te beperken, is de huidige rechtspraak van oordeel dat die nietigheid is vastgesteld ter bescherming van de belangen van de verhuurder, dat zij bijgevolg door hem kan worden gedekt maar dat, indien hij het voordeel ervan aanvoert, zij onherroepelijk tot de nietigheid van de aanvraag tot hernieuwing leidt.
Contrairement à la jurisprudence ayant suivi l'adoption de l'article 14, tendant à limiter la portée de la nullité prévue par cet article, la jurisprudence actuelle considère que cette nullité est établie pour la protection des intérêts du bailleur, qu'elle peut dès lors être couverte par lui mais que, s'il en invoque le bénéfice, elle conduit irrévocablement à la nullité de la demande de renouvellement.