3. Om de soorten ervan aan bijlage IV te kunnen toevoegen, moet een aquatisch organisme in bepaalde delen van de Unie gedurende lange tijd (ten opzichte van zijn levenscyclus) zonder nadelige gevolgen in de aquacultuur gebruikt zijn, en moeten de introductie en de translocatie ervan mogelijk zijn zonder gelijktijdige verplaatsing van potentieel schadelijke niet-doelsoorten.
3. Pour que son espèce soit ajoutée à l’annexe IV, un organisme aquatique doit avoir été utilisé dans certaines parties de l’Union en aquaculture pendant une longue période (par rapport à son cycle de vie), sans effets néfastes, et son introduction et son transfert doivent pouvoir se faire sans déplacement simultané d’espèces non visées potentiellement nuisibles.