Overwegende dat de dringen
de noodzakelijkheid voortvloeit uit de omstandigheid dat voornoemde wet van 29 april 1999 de omzetting in Belgisch recht beoogt van de bepalingen van Richtlijn 96/92/EG van het Europees Parlement en de Raad van 19 december 1996 betreffende gemeenschappelijke regels voor de
interne markt voor elektriciteit; dat de normale termijn voor de omzetting van deze richtlijn op 19 februari 1999 is verstreken; dat, niettegenstaande de bijkomende termijn van één jaar die haar door de richtlijn wordt toegekend, de Belgi
...[+++]sche Regering bij de indiening van het wetsontwerp heeft aangekondigd dat zij alles in het werk wilde stellen om de richtlijn binnen de normale termijn om te zetten; dat de Regering meent dat elke vertraging in de omzetting de concurrentiepositie van de Belgische industrie kan schaden, rekening houdend met de belangrijke tendens tot versnelling van het omzettingsproces van de richtlijn in de andere Lidstaten van de Europese Unie; dat de aanwijzing van een beheerder van het nationaal transmissienet voor elektriciteit een onmisbare schakel is voor de inwerkingstelling van de bepalingen van voornoemde wet van 29 april 1999; dat het van essentieel belang is dat de regels tot waarborg van de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van het beheer van het transmissienet vooraf worden bepaald; dat dit besluit bijgevolg zo spoedig mogelijk moet worden genomen; Considérant que l'urgence est motivée par le fait que la loi du 29 avril 1
999 précitée vise à transposer en droit belge les dispositions de la Directive 96/92/CE du Parlement européen et du Conseil du 19 décembre 1996 concernant
des règles communes pour le marché intérieur de l'
électricité; que le délai normal pour la transposition de cette directive a expiré le 19 février 1999; que, nonobstant le délai supplémentaire d'un an lui laissé par la directive, le Gouvernement
...[+++]belge a annoncé, lors du dépôt du projet de loi, qu'il voulait tout mettre en oeuvre pour transposer la directive dans le délai normal; que le Gouvernement estime que tout retard dans la transposition peut nuire à la compétitivité de l'industrie belge compte tenu de l'important mouvement d'accélération du processus de transposition de la directive dans les autres Etats membres de l'Union européenne; que la désignation d'un gestionnaire du réseau national de transport d'électricité est une étape indispensable à la mise en oeuvre des dispositions de la loi du 29 avril 1999 précitée; qu'il est essentiel que les règles visant à assurer l'indépendance et l'impartialité de la gestion du réseau de transport soient définies préalablement; que le présent arrêté doit dès lors être pris dans les délais les plus brefs;