Ze antwoordt ontkennend op de vraag naar het oorzakelijk verband tussen de uitbreiding van de lijst van misdrijven waarvoor de in de artikelen 46bis en 88bis van het Wetboek van strafvordering bepaalde identificatie en opsporing van telefoonabonnees en -gebruikers kan worden toegestaan, en de explosie van de gerechtskosten.
Elle répond par la négative à la question de savoir s'il existe un lien de cause à effet entre l'extension de la liste des délits pour lesquels l'identification et le repérage des abonnés et usagers du téléphone, visés aux articles 46bis et 88bis du Code d'instruction criminelle, peuvent être autorisés, et l'explosion des frais de justice.