2.5.1. Het testvoertuig en het bewegende doelwit bewegen zich gedurende ten minste twee seconden voorafgaand aan het functionele deel van de test in een rechte lijn in dezelfde richting, waarbij de afwijking tussen de middellijnen van het testvoertuig en het doelwit niet meer dan 0,5 m bedraagt.
2.5.1. Le véhicule sujet et la cible en mouvement doivent se déplacer en ligne droite, dans la même direction, pendant au moins deux secondes avant la partie fonctionnelle de l’essai, le décalage entre le véhicule sujet et l’axe de la cible ne devant pas dépasser 0,5 m.