Art. 6. Uitsluitend voor het vervullen van de taken bedoeld in deze wet en haar uitvoeringsbesluiten, wordt de Bank, handelend door tussenkomst van haar personeelsleden die daartoe wegens hun functies en binnen de perken van hun specifieke bevoegdheden door haar directiecomité met name en schriftelijk zijn aangewezen, gemachtigd om toegang te hebben tot de informatiegegevens vermeld in artikel 3, eerste lid, 1° tot 5°, en tweede lid van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen, en om deze te registreren.
Art. 6. Aux fins exclusives de l'accomplissement des tâches visées par la présente loi et ses arrêtés d'exécution, la Banque, agissant à l'intervention des membres de son personnel, désignés à cette fin nommément et par écrit par son comité de direction en raison de leurs fonctions et dans les limites de leurs attributions spécifiques, est autorisée à accéder aux informations mentionnées à l'article 3, alinéa 1, 1° à 5°, et alinéa 2 de la loi du 8 août 1983 organisant un Registre national des personnes physiques, et à enregistrer ces informations.