Voor de rechthebbenden bedoeld in § 2, b, 3° mogen per kalendermaand maximum twaalf individuele zittingen van ten minste 30 minuten of vier individuele zittingen van ten minste 60 minuten en vier individuele zittingen van ten minste 30 minuten aangevraagd worden;
Pour les bénéficiaires visés au § 2, b , 3°, maximum douze séances individuelles d'au moins 30 minutes ou quatre séances individuelles d'au moins 60 minutes et quatre séances individuelles d'au moins 30 minutes peuvent être demandées par mois calendrier;