Het bepaalde in lid 6, tweede alinea, belet een lidstaat niet op individuele basis voor binnen hun rechtsgebied gevestigde instellingen de toepassing van strengere beleggingsvoorschriften te eisen, op voorwaarde dat deze met name in het licht van de door de instelling aangegane verplichtingen, prudentieel gerechtvaardigd zijn.
Le paragraphe 6, second alinéa, ne préjuge pas du droit des États membres d'imposer sur une base individuelle, pour ce qui est des institutions établies dans leur juridiction, des règles de placement plus strictes justifiées du point de vue prudentiel, eu égard aux engagements contractés par l'institution.