Overwegende dat dit k
rediet tot achttien miljoen vierhonderd eenenzeventigduizend honderd en vijf euro in vastleggingskrediet en negentien miljoen vierhonderddrieënzestigduizend honderd en vijf euro in vereffeningskrediet wordt teruggebracht, rekening houdend met de voo
rafneming van tweeënveertig miljoen vijfhonderdt
weeëntwintigduizend tweehonderd drieënzestig euro in vastleggingskrediet en het bedrag van veertig miljoen tweeënveer
...[+++]tigduizend tweehonderd drieënzestig euro in vereffeningskrediet door het koninklijk besluit van 12 februari 2010 en de voorafneming van dertien miljoen zesduizend zeshonderd negenenvijftig euro in vastleggingskrediet en het bedrag van veertien miljoen vierhonderdvierennegentigduizend zeshonderd negenenvijftig euro in vereffeningskrediet door het koninklijk besluit van 28 juli 2010 houdende gedeeltelijke verdeling van het provisioneel krediet ingeschreven in het programma 14-21-0 van de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2010 en bestemd om allerlei uitgaven die verband houden met het Belgische Voorzitterschap van de Europese Unie te dekkenConsidérant que ce crédit est ramené à dix-huit millions quat
re cent septante-un mille cent cinq en crédit d'engagement et dix-neuf millions quatre cent soixante-trois mille cent cinq euro en crédit de liquidation, compte tenu du prélèvement d'un montant de quarante-deux millions cinq cent vingt-deux mille deux cent trente-six euros en crédit d'engagement et d'un montant de quarante millions quarante-deux mille deux cent trente-six euros en crédit de liquidation par l'arrêté royal du 12 février 2010 et du prélèvement d'un montant de treize millions six mille six cent cinquante-neuf euros en crédit d'engagement et le montant de quatorze m
...[+++]illions quatre cent nonante-quatre mille six cent cinquante-neuf euros en crédit de liquidation par l'arrêté royal du 28 juillet 2010 portant répartition partielle du crédit provisionnel inscrit au programme 14-21-0 du budget général des dépenses de l'année budgétaire 2010 et destiné à couvrir les dépenses de toute nature relatives à la Présidence belge de l'Union européenne.