In haar rapport merkte de commissie verder op dat het verdrag inzake de rechten van het kind reeds een goed uitgangspunt vormde : de artikelen 19, 32, 33, 34, 35, 36, 37, 38 en 39 vermelden immers uitdrukkelijk de verwaarlozing, het misbruik, de uitbuiting en andere vormen van geweld ten aanzien van kinderen.
La commission poursuivait dans son rapport que la Convention relative aux droits de l'enfant constituait déjà un bon point de départ : les articles 19, 32, 33, 34, 35, 36, 37, 38 et 39 concernent en effet expressément l'abandon, l'abus, l'exploitation et d'autres formes de violence envers les enfants.