Onder invloed van Europese rechtspraak heeft de BTW-administratie ingezien dat ze — wat de vrijstelling van de uitvoerende artiesten betreft — geen onderscheid mag maken tussen natuurlijke personen en vennootschappen.
Influencée en cela par la jurisprudence européenne, l'administration de la TVA a considéré qu'elle ne pouvait — en matière d'exonération des artistes exécutants — différencier les personnes physiques et les sociétés.