De Raad erkent dat voor het nationale beleid van de Lid-Staten met betrekking tot onderdanen van derde landen die tot hun grondgebied willen worden toegelaten of daar willen blijven om er een betrekking te vervullen, de onderstaande beginselen zouden moeten gelden, waaraan de Lid-Staten geen soepelere uitwerking mogen geven in hun nationaal recht.
À cette fin, le Conseil reconnaît que les politiques nationales que les États membres appliquent à l'égard des ressortissants de pays tiers, souhaitant être admis ou autorisés à rester sur leur territoire pour y occuper un emploi devraient être régies par les principes énoncés ci-après, qui ne sauraient pas être assouplis par les États membres dans leur droit interne.