29. beklemtoont dat het verbod op foltering en wrede, onmenselijke en onterende behandeling, zoals gedefinieerd in artikel 1 van het VN-Verdrag tegen foltering, absoluut is en geen uitzonderingen kent, ook niet in geval van oorlog of oorlogsdreiging, binnenlandse politieke instabiliteit of ander uitzonderlijke situaties; wijst erop dat gevallen van eenzame opsluiting, kidnapping en buitengewone uitlevering inbreuken op grondrechten vormen uit hoofde van het internationaal recht, met name de artikelen 3 en 5 van het EVRM, vooral voorzover deze handelingen neerkomen op foltering of onmenselijke en onterende behandeling;
29. souligne que l'interdiction de la torture ou d'autres traitements cruels, inhumains ou dég
radants tels qu'ils sont définis à l'article 1 de la convention des Nations unies contre la torture, est absolue et sans exceptions, qu'il s'agisse d'un état de guerre ou de menace de guerre, d'instabilité politique intérieure ou de tout autre état d'exception; rappelle que les cas de détention incommunicado , d'enlèvement et de restitution extraordinaire constituent des violations des droits fondamentaux en vertu du droit international, et notamment des articles 3 et 5 de la convention européenne des droits de l'homme, sachant, en particulier,
...[+++] que ces actes sont synonymes de torture ou de traitement inhumain ou dégradant;