3. Uniegoederen die zijn aangegeven voor uitvoer, voor intern Uniedouanevervoer of voor passieve veredeling, bevinden zich onder douanetoezicht vanaf de aanvaarding van de in lid 1 bedoelde aangifte totdat zij het douanegebied van de Unie verlaten, totdat zij aan de staat worden afgestaan, totdat zij worden vernietigd of totdat de douaneaangifte ongeldig is gemaakt.
3. Les marchandises de l'Union déclarées pour l'exportation, le transit interne de l'Union ou le perfectionnement passif se trouvent sous surveillance douanière dès l'acceptation de la déclaration visée au paragraphe 1 et jusqu'au moment où elles sortent du territoire douanier de l'Union ou sont abandonnées à l'État ou sont détruites, ou jusqu'au moment où la déclaration en douane est invalidée.