Overwegende dat de toekenning van de subsidies voor een milieuvriendelijke landbouw betreffende de methodes 3.a en 9 voor percelen waarvoor steun gekregen wordt die onder de biologische landbouwsteunregeling valt slechts verantwoord kan worden als een akkerbouwoppervlakte die toepassing van de norm van 8 % maximum van methodes 3.a en 9 mogelijk maakt ten opzichte van de akkerbouwoppervlaktes mogelijk maakt eveneens uitgebaat wordt voor de biologische productie en biologische landbouwsteun krijgt;
Considérant que l'octroi des subventions agri-environnementales relatives aux méthodes 3.a et 9 pour des parcelles qui font également l'objet d'aides au titre du régime d'aides à l'agriculture biologique ne peut se justifier que si une superficie de cultures sous labour permettant d'appliquer la norme de 8 % maximum de méthodes 3.a et 9 par rapport aux superficies de culture sous labour est également exploitée selon le mode de production biologique et fait l'objet des aides à l'agriculture biologique;