De vaststelling dat aan de Koning de bevoegdheid wordt opgedragen om, in uitvoeringsbesluiten, het principe van de rechtsplegingsvergoeding verder uit te werken, binnen de door de wetgever vastgestelde grenzen, betekent niet dat de verzoekende partijen niet rechtstreeks worden geraakt of kunnen worden geraakt, op voorwaarde dat die benadeling haar oorzaak vindt in de wet zelf.
L'habilitation donnée au Roi de préciser, dans des arrêtés d'exécution, le principe de l'indemnité de procédure, dans les limites fixées par le législateur, ne signifie pas que les parties requérantes ne sont pas affectées directement ou ne peuvent l'être, à la condition que ce préjudice trouve son origine dans la loi proprement dite.