Dit regelgevende kader stelt de nationale veiligheidsdoelstellingen en -methodes vast, door het bepalen van het veiligheidsniveau voor het gebruik en het beheer van de spoorweginfrastructuur, en voor de exploitatie van het rollend materieel; het is bepalend voor de uitwerking van de nationale veiligheidsvoorschriften zoals bedoeld in §§ 2 en 3 en voor de interne veiligheidsvoorschriften zoals bedoeld in § 4.
Ce cadre fixe les objectifs et les méthodes de sécurité nationaux, définissant le niveau de sécurité afférent à l'utilisation et à la gestion de l'infrastructure ferroviaire, ainsi qu'à l'exploitation du matériel roulant, prévalant à l'élaboration des règles nationales de sécurité visées aux §§ 2 et 3 et aux règles internes de sécurité visées au § 4.