1. Elke lidstaat stelt de Commissie en de andere lidstaten in kennis van de aangewezen bevoegde autoriteiten, de andere overheidsinstanties, de instanties die een rechtmatig belang hebben bij de beëindiging van of het verbieden van intracommunautaire inbreuken en het verbindingsbureau.
1. Chaque État membre communique à la Commission et aux autres États membres l'identité des autorités compétentes, des autres autorités publiques et des organismes ayant un intérêt légitime à voir cesser ou interdire les infractions intracommunautaires, ainsi que du bureau de liaison unique.